Ga naar de inhoud

BHV CURSUS ONLINE
De gratis BHV cursus van Nederland!

BHV ALGEMEEN

INLEIDING
In de Arbowet is een verplichting voor werkgevers opgenomen om minimaal één BHV’er aan te stellen. Het aantal BHV’ers is afhankelijk van onder andere de grootten van het bedrijf of de instelling, de risico’s, het aantal aanwezigen inclusief bezoekers en het aantal niet-zelfredzame personen.

De werkgever bepaalt het juiste aantal BHV’ers op basis van de Risico-Inventarisatie & Risico-Evaluatie (RI&E). De werkgever stelt de eerste hulpmiddelen (zoals een verbanddoos en blusmiddelen) en juiste persoonlijke beschermingsmiddelen ter beschikking. Je moet als BHV’er de BHV-taken naast je regulier werkzaamheden verrichten.

TAKEN VAN DE BHV’ER BIJ EEN CALAMITEITMELDING
Na een incidentmelding ga je als BHV’er naar de plaats van het incident, als het kan samen met een tweede BHV’er. Jij, of de tweede BHV’er, neemt bij mogelijk letsel een EHBO-doos en eventueel een AED mee. Bij brand wordt een klein blusmiddel meegenomen.

Je zorgt dat je inzicht krijgt in de situatie die je aantreft, door middel van eigen waarneming met alle zintuigen. Je gaat geen risico’s aan die de veiligheid in gevaar brengen van jezelf, het slachtoffer of omstanders. Een BHV’er is geen brandweerman of ambulanceverpleegkundige, noch qua opleiding, noch qua hem ter beschikking staande persoonlijke beschermingsmiddelen en hulpmiddelen. Je beoordeelt of je zelf hulp (eerste hulp, bestrijden van brand, ontruiming) kan verlenen of dat je 112 moet (laten) bellen. De centralist stelt vragen om aan de hand van de antwoorden te bepalen welke hulpdienst nodig is. Ook kan hij aanwijzingen geven hoe verder hulp te verlenen. Als de situatie wijzigt, beoordeel je de situatie opnieuw. Je vangt hulpdiensten (ambulance, brandweer of politie op en licht ze in.

Je koppelt de actuele situatie terug aan het management. Het management kan meteen directe maatregelen nemen, zoals het alvast regelen van slachtofferhulp. Samen met het management evalueer je achteraf het functioneren van de BHV-organisatie.

INCIDENT OF CALAMITEIT
In het bedrijf waarin je als BHV’er werkzaam bent, kunnen zich verschillende situaties voordoen, waarbij je moet optreden om een slachtoffer te helpen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen een incident en een calamiteit:

  • Een incident is een voorval dat of gebeurtenis die ingrijpen noodzakelijk maakt, maar de dagelijkse gang van zaken niet verstoort.
  • Een calamiteit is een gebeurtenis die de dagelijkse gang van zaken ernstig verstoort en het bedrijfsproces geheel of gedeeltelijk stillegt.

Het voorkomen van calamiteiten is belangrijk. Van een BHV’er mag worden verwacht dat hij bijvoorbeeld regelmatig de aanwezige vluchtwegen controleert.

DE BHV-ORGANISATIE
Al naar gelang de grootte van het bedrijf kan een BHV-organisatie worden opgezet met ploegleiders (die leiding geven aan de BHV’ers) en/of een Hoofd BHV (die de organisatie beheert). Het is altijd beter om hulp te verlenen samen met een andere BHV’er bij (een melding van) letsel, brand of andere calamiteit.

HERKENBAARHEID VAN DE BHV’ER
Het is, vooral bij ontruiming, wenselijk dat je als BHV’er herkenbaar bent. Trek hiervoor een (oranje of geel) hesje aan of een armband met daarop de aanduiding BHV.

DE MELDORGANISATIE
Je moet weten hoe de meldorganisatie in elkaar zit, om goed te kunnen functioneren. Ieder bedrijf heeft een specifieke meldorganisatie. De ontdekker van een incident meldt dit zoals in het bedrijf is afgesproken.

Het doen van een melding van een brand, ongeval of een verzoek om hulpverlening kan op meerdere manieren:

  • Telefonisch, via portofoon en/of mondeling.
  • Met automatische brandmelders (brandmeldinstallatie, BMI) al dan niet gekoppeld aan blusinstallaties
  • Vanuit andere hulpverleningsdiensten, bijvoorbeeld ambulancedienst en politie.

De BHV’er wordt gewaarschuwd en onderneemt hierop actie. Je zorgt dat je, bij voorkeur met een collega-BHV’er, binnen enkele minuten bij de plaats van het incident bent. Je maakt altijd melding van een incident waarbij je een taak hebt verricht of gaat verrichten. Als de melding niet volgens de in het bedrijf vastgelegde procedure gedaan kan worden, moet het alarmnummer 112 (spoedeisend) of 0900-8844 gebeld worden.

INROEPEN VAN PROFESSIONELE HULP
Laat als de situatie dat vereist, de tweede hulpverlener of een omstander hulp vragen (via het interne meldsysteem of rechtstreeks), zodat je zelf bij een slachtoffer kunt blijven. Vraag hem om daarna meteen terug te komen. 112 is de centrale meldkamer voor het aanvragen van een ambulance, politie of brandweer bij direct levensbedreigende situaties, ernstige ongevallen of ongevallen met meerdere slachtoffers, of ziekten in bedrijven of in de openbare ruimte. De centralist kan je onder andere om de volgende informatie vragen:

  • Het adres, om alvast de hulpdienst op weg te sturen;
  • je naam;
  • de aard van het ongeval;
  • wat er is gebeurd;
  • het aantal slachtoffers;
  • de toestand van de slachtoffers;
  • op welk nummer er teruggebeld kan worden.

Laat tijdens het bellen met 112 de lijn openstaan en gebruik de telefoon handsfree. Je bent dan in staat om eerste hulp te verlenen. De centralist kan meeluisteren, instructies geven en verdere acties ondernemen. Hij bepaalt wanneer het contract verbroken kan worden. Neem opnieuw contact op met 112 als de situatie van het slachtoffer verslechtert. Als de professionele hulpverleners zijn gearriveerd, ga je door met het verlenen van hulp. Zij bepalen wanneer je kunt stoppen en de hulpverlening van je overgenomen wordt.

VOORPOSTFUNCTIE
De BHV’er heeft een voorpostfunctie. Je overbrugt de tijd tot de externe hulpverleners ter plaatse zijn en probeert de gevolgen van een incident te beperken.

GIDSFUNCTIE
De externe hulpverleningsdiensten zijn opgeleid en getraind voor hun taken. Zij hebben geen specifieke kennis van elk bedrijf binnen hun verzorgingsgebied. De BHV’er is, gezien zijn opleiding en training, redelijk bekend met de werkwijze, taken, procedures en bevoegdheden van de externe diensten. De externe hulpverlener zullen, vooral in complexe gebouwen en op omvangrijke terreinen, onvoldoende bekend zijn met de onheils locatie. Ze doen, om snel ter plaatse te kunnen zijn, een beroep op de gidsfunctie van de bedrijfshulpverleners. Je vangt de externe hulpverleningsdiensten op bij de toegang van het terrein waarop het bedrijf zich bevindt. Je begeleidt ze naar de plek des onheils en staat ze bij. De bedrijfshulpverleningsorganisatie zorgt ervoor dat bij de receptie/portiersloge een informant is, die antwoord kan geven op de volgende vragen:

  • Wat is er aan de hand?
  • Zijn er (nog) mensen in gevaar en zo ja, hoeveel?
  • Zijn er slachtoffers en zo ja, hoeveel en waar bevinden zij zich?
  • Wordt er al actie ondernomen? Zo ja: door wie en wat doen die personen?
  • Zijn er gevaren die de hulpverlening kunnen bemoeilijken?
  • Hoe is de exacte locatie waar de professionele hulp nodig is te bereiken?

De informant kan zijn: de receptionist(e), de portier of de bedrijfshulpverlener die naar de receptie/portiersloge wordt gestuurd.

De hulpverleningsdiensten hebben behoefte aan de plattegronden of informatiekaarten. De volgende informatie kan daarop worden gevonden:

  • Gebouw(en)- en terreinindeling;
  • bestemming van de ruimten en/of terreinen;
  • plaatsen waar eventueel gevaren kunnen ontstaan;
  • plaatsen waar zich eerste hulp middelen, AED’s, brandbestrijdings- en overige hulpverleningsmiddelen bevinden.

De meest geschikte plaats voor de plattegronden en informatiekaarten is de receptie of portiersloge. De externe hulpverleningsdiensten melden zich daar het eerst. Meldpanelen van de beveiligingssystemen voor brand, inbraak, wateroverlast, storingen en dergelijke bevinden zich daar meestal ook.

In sommige bedrijven is buiten de normale werktijden niemand aanwezig. De deuren kunnen op slot zijn, al dan niet met een automatische beveiliging. Er kan een bewakingsfunctionaris of bewakingsdienst aanwezig zijn. Er zijn bedrijven waar in ploegendienst gewerkt wordt buiten de normale werktijden. Met de externe hulpverleningsdiensten moet afgesproken worden hoe de gebouwen en ruimten dag en nacht toegankelijk zijn. Dit is met name van belang voor bedrijven waar beveiligingsinstallaties met automatische doormelding aanwezig zijn.

REGISTRATIE
De BHV’er moet beschikken over de volgende checklists:

  • Een lijst met de acties die hij moet ondernemen en de instanties en personen die hij moet waarschuwen;
  • Een lijst waarop hij het afmelden en het tijdstip van assistenten bij de ontruiming kan bijhouden;
  • Een lijst van medewerkers en bezoekers waarop hij kan noteren, wie om onbekende redenen ontbreken op het appèl.

Je kan, aan de hand van deze lijsten, de situatie snel overzien. Je bent op de hoogte van de plaatsen waar iedereen zich bevindt. Deze gegevens kun je doorspelen aan de hulpdiensten. Houd, zo mogelijk, een logboek bij. In het logboek kunnen na de ontruiming aantekeningen worden gemaakt over het verloop ervan. De aantekeningen kunnen een weergave zijn van de acties of berichten en het tijdstip waarop deze zijn ondernomen, binnengekomen of verzonden. Een korte omschrijving van de actie of het bericht kan hier aan worden toegevoegd.

Vervolg gratis cursus

BHV Levensreddend handelen
BHV Brandbestrijding
BHV Ontruiming

Natuurlijk wil je ook een officieel certificaat als je alles hebt bestudeerd.
JijenBHV biedt hieronder een bijbehorend online examen. Voor slechts 89 euro!
Nu tijdelijk met gratis BHV vest.